Josse de Saint Omer dit de Moerbeke

Sociaal

⁽⁶⁷⁰⁹⁾ t.e.m. ⁽⁶⁷¹²⁾ verwerkt in genealogie, zonder dat er al een duidelijk beeld verschijnt, wel noteren we verwantschap met de geslachten van Steeland, van Gistel, van Poeke, van Halewijn, van Formelis

Antecedenten en origine

een familie afkomstig uit de oude kasselrij van Sint-Omaars ⁽²⁸⁰³⁾; Foppens meldt echter dat ze afstamden van de oude burggraven van Sint-Omaars ⁽²⁸⁰⁴⁾ [waarschijnlijk wordt dat laatste bedoeld]
Gerarde van Sentomaers [en ook andere familieleden], schepen Brugge v1386 ⁽³⁹⁹⁶⁾ [waarschijnlijk een andere familie]
Gheraerd van Sint-Omaers was een relatief rijke Brugse poorter op het eind van de 14de eeuw [maar verwantschap lijkt onwaarschijnlijk] ⁽⁴⁵¹⁰⁾

Familie

Vader: Jehan de Saint-Omer dit de Moerbeke en Jossine van Steelant ⁽⁶⁷¹²⁾; Jan van Saint-Omer, heer van Moerbeke, v1438 ⁽³⁹⁵⁴⁾, v1450 ⁽³⁸⁸³⁾, heer van Moerbeke, Wignars, Bury, Ebblinghem, Reninge en Vigne, bijna alle heerlijkheden in Noord-Frankrijk ⁽⁶²⁹³⁾ Moeder: in 1454 wordt vermeld dat Jan van Saint-Omer, heer van Moerbeke, gehuwd was met Joossine van Steelant en dat ze samen een tiende te Gits in leen hielden van Lodewijk van Vlaanderen ⁽³⁸⁵⁶⁾; Jan van Sint-Omaars huwde met Jossine van Steelant, gezegd de Brauwere, dame van Wayenburg, en verwekte bij haar 9 kinderen, o.a. Josse, de oudste, Jan, schildknaap in 1456, Johanna, die huwde met Raas van Liedekerke ⁽⁶²⁹³⁾ Een jongere zuster Johanna en een jongere broer Jan, en nog 6 andere broers en zusters ⁽⁶²⁹³⁾ ⁽³⁸⁵⁶⁾ In 1456 betoonden hij en zijn jongere broer Jan hun instemming met het huwelijkscontract van hun zus Johanna en Raas van Liedekerke, ridder, raadsheer en kamerling van de hertog, baljuw van Aalst ⁽⁶²⁹³⁾

Huwelijk

Gehuwd met Jehanne, erfgename van Houdecoutre [?] en Alambon [?] ⁽²⁸⁰³⁾ gehuwd met Joanna vander Oudercoutere [sic., het zou ook Ondercoutere kunnen zijn], dochter van wijlen Anastasia van Pouke, v1458 ⁽³⁹⁵²⁾ en Jacques de Hondecoutre ⁽⁶⁷¹²⁾; deze Johanna hertrouwde na zijn dood met Steven van Formelis, zoon van Simon ⁽⁶⁷¹²⁾

Nageslacht

Zoon: Charles, die heer van Moerbeke werd, gehuwd met Margaretha van Belle, dochter van Josse en Adrienne van Halewijn ⁽⁶⁷¹²⁾ Bastaard: Jacques van Moerbeke ⁽⁶⁷¹²⁾

Netwerken

in 1497 werd voor schepenen van de Keure het huwelijkscontract afgesloten tussen Steven van Liedekerke, schildknaap, heer van Heestert en Zulte, enerzijds en Florentine Wielant anderzijds; in aanwezigheid van Anton van Liedekerke, broer van Steven, Karel van Saint-Omer, heer van Moerbeke, en zijn broer Filips, Willem van Gryspere, Jan van Yeghem, heer van Wieze, Florens Schoutheete, heer van Erpe, Antoon de Lu en Giselbrecht Bosch, vrienden en magen van de bruidegom, en Joos Wielant, priester en monnik in de Sint-Pietersabdij te Gent, Jan Wielandt, broeder van de Orde van Sint-Jan van Jeruzalem gezegd van Rhodos, Jan van Gistel, heer van der Mote, Jacob, heer van Vichte, Adriaan van Raveschoot, Adriaan van Rokeghem en Jan van den Kethulle, vrienden en magen van de bruid ⁽³⁹²¹⁾

Contemporaine vermeldingen

maistre Mathé de Saint-Omer secretaris v1396 ⁽¹²⁰⁰⁾; secretaris en "contrerolleur de la chambre aux deniers" v1400 ⁽¹²⁰¹⁾
Jan van Sentomaers, heer van Reninge, v1408 ⁽³⁹⁴⁷⁾
Denis de Moerbeque, heer van Hondschoote, ridder, raadsheer en kamerling en kapitein van Sint-Omaars ⁽³⁷⁷⁰⁾

Carrière

Kamerling van Karel de Stoute ⁽²⁸⁰⁴⁾

Hoofdcarrière

Hij was aanwezig op de zittingen, eerst vermeld 29/7/1477, laatst 28/2/1486, in totaal 21 maal aanwezig ⁽²⁸⁰²⁾; door de Leden voorgesteld in de Raadkamer in 1477 ⁽⁸⁶⁷⁾

Taken en dienstreizen

commissaris van Wetsvernieuwingen te Gent 1482, 1493, 1484 ⁽²⁸⁰³⁾; te Oudenaarde 1483 [mer Joos, heere van Morbeke, ridder], samen met Lodewic van Massemen, watergraaf, en Filips van der Zickelen, schildknaap ⁽⁴²⁸⁸⁾

Bezit

Leenbezit: * hij bezat waarschijnlijk het grootste deel van de erfenis zijn vader [ut infra], - minstens 2/3 - dat niet in handen gekomen was van zijn broer en zuster; de heerlijkheid Dranouter was hem blijkbaar al toegewezen vóór 1456 ⁽⁶²⁹³⁾ * in 1473 hield hij als borg van zijn echtgenote Jehanne de Oudercautere een leen van de baronie Schorisse binnen het Leenhof van Aalst, bestaande uit grond, bossen, weiden e.a., 15 bunder gesitueerd in verschillende delen van de parochie Welden, en een heerlijke rente; samen goed voor zo'n 60 lb par jaaropbrengst ⁽⁷²⁶¹⁾

Leenbezit verwanten

zijn vader Jan van Sint-Omaars was heer van Moerbeke, Wignars, Burie, Ebblinghem, Reninge en Vigne, bijna alle heerlijkheden in Noord-Frankrijk en Westelijk Vlaanderen ⁽⁶²⁹³⁾
zijn zuster Johanna had de heerlijkheid Heestert waarschijnlijk per testament van haar vader gekregen in 1465-66, waarbij aan de rechten van haar beide broers Josse en Jan werd voorbijgegaan, zodat ze 30 lb par verheffingsgeld moest betalen; voor haar huwelijk met Raas van Liedekerke in 1456 had ze ook al alle goederen van haar ouders gekregen in Komen, Linselles, Neerwaasten en de kasselrij Rijsel ⁽⁶²⁹³⁾
in 1463 kocht zijn broer Jan het leen van Akelins te Sint-Jans-Kapelle; in 1483 is hij Jan van Moerbeke, heer van Ebblinghem; dezelfde was waarschijnlijk ook heer van Ten Cringhe in de parochie Gits ⁽⁶²⁹³⁾

Cultureel

Wapen: * "in azuur, een dwarsbalk van goud", afgebeeld in ⁽⁶²⁹³⁾ [betrouwbaar, van zijn vader]

Referenties

(1200) Archives Départementales du Côte d'Or (Dijon): , B1508, 96v
(1201) Archives Départementales du Côte d'Or (Dijon): , B1517, 66r
(2802) Karagianis, 110
(2803) VAN DER VYNCKT (L.J.J.), Recueil des recherches historiques et chronologiques du conseil provincial ordonné en Flandre, depuis l'an de grâce 1385 jusqu'à présent 1771, Gent, s.d. [1771]: , 161
(2804) FOPPENS (J.F.), Histoire du Conseil de Flandre, Brussel, 1869: , 120
(3428) HAUTCOEUR (E. ) (ed.), Cartulaire de l'Eglise Collégiale de Saint-Pierre de Lille, Rijsel, 2 dln., 1894: , 1038
(3770) FOBE (A.-M.), De diplomaten van het Boergondische hof (1477-1506), onuitgegeven licentiaatsverhandeling RUG, Gent 1970: , A/53
(3856) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 318, 319
(3883) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 311
(3921) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 408
(3947) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 261
(3952) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 320
(3954) WARLOP (E.), Inventaris van het Fonds d'Ennetières, Brussel, 1981: , 290
(3996) PREVENIER (W.) (ed.), Handelingen van de leden en van de Staten van Vlaanderen, 1384-1405 : excerpten uit de rekeningen der steden, kasselrijen en vorstelijke ambtenaren, Brussel, 1959: 4, 5, 10
(4288) VAN LERBERGHE (L.) & RONSSE (J.) (ed.), Audenaerdsche Mengelingen, 5 dln., Oudenaarde, 1841-1852: , II, 212
(4510) DE MEYER (I.), Sociale strukturen te Brugge in de 14e eeuw, in: W. Blockmans e.a. (ed.), Studiën betreffende de sociale strukturen te Brugge, Kortrijk en Gent in de 14e en 15e eeuw (SL, 63), 3 dln., Kortrijk - Heule, 1971: & Vanderpijpen, 188-189
(6293) SANTENS (F.), De heerlijkheden Heestert, Hemsrode en Landergem gehouden van de Stenen Man te Oudenaarde: genealogisch en leenrechterlijk onderzoek (2e helft 14e eeuw - 1e helft 16e eeuw), onuitgegeven licentiaatsverhandeling KUL, Leuven, 1989: , 78-81
(6709) Goethals (1849-52), I
(6710) DE HERCKENRODE (J.), Nobiliaire des Pays-Bas et du comté de Bourgogne, 2 dln., Gent, 1865: , 1721
(6711) DE LIMBURG-STIRUM (Th.) (ed.), Chanoine de Joigny. Manuscrit relatif aux seigneuries de Flandre, in: HOGKO, 7, 1926, pp. 305-384; 8, 1927, pp. 31-96, 165-180, 245-264, 265-30: , V, 332, 344, 352, 356
(6712) GAILLIARD (J.), Bruges et le Franc, ou leur magistrature et leur noblesse avec des données historiques et généalogiques sur chaque famille, 6 dln., Brugge, 1857-1864: , I, 84, 112, 120, 173, 192, 215, 240...
(7261) Algemeen Rijksarchief Brussel, fonds Rekenkamers: 1068, 128r
(7965) Archives Départementales du Nord (Lille), Série B (Chambre des Comptes): 867