Pieter Hueribloc

Sociaal

Antecedenten en origine: * Gentse familie, smeden of visverkopers, kleine neringen

Familie

Ouders: Pieter Hueribloc en Marguerite Mannens (2491) [moedersnaam uit Van den Bemden, Van Peteghem beschouwde deze Marguerite eerder als zijn vrouw] (6566) Zijn vader bekleedde tussen 1387 en 1421 tien politieke mandaten te Gent, waaronder driemaal de functie van overdeken van de kleine neringen (2491) [Boone]; ook Schoups ziet dit als één persoon: Pieter 1 Hueribloc, smid (6992) Pieter Heuribloc, deken van de neringen te Gent 1422 (6992) [waarschijnlijk dus de smid]; deze stierf in 1438 (7445) Jan Heuribloc 9de schepen van gedele te Gent 1438 (6992) Volgens het Dagboek van de Gentse Collatie was hij "zo cleene van state ende van goede dat hij in ghezelscepen, in cabaretten ende taveernen om voordeel placht te ghane synghene" (2491)

Huwelijk

Getrouwd met Katherine Beys, dochter van Pieter Beys en Margriet de Ketelboetere (2491) [Van den Bemden]

Nageslacht

Cornille Huriblocq kanunnik van het Sint-Pieterskapittel te Rijsel (3370); in 1472 schreef KdS een door hemzelf ondertekende aanbevelingsbrief voor mr. Cornille Hueribloc, reeds kanunnik in het Sint-Pieterskapittel, opdat hij er de post van tresorier zou verkrijgen "et desirons son bien, promocion et honneur tant pour les vertus et merites de sa personne comme en faveur de notre amé et feal conseiller Pietre Hueribloc, son pere, et autres noz especiaulx serviteurs et amis" (6115); hij hield de rekeningen van de kerkfabriek bij 1501-1503 (6113) Zoon [?]: Jan Hueribloc f. Pieters herenkiezer van de stad Gent 1486, secretaris van de keure 1486-1487 en 1492-1495, stedekiezer 1493; in 1488-89 werd een deel van zijn goederen geconfisqueerd door de stad, samen met die van [zijn broer?] Philips Hueribloc (4318) Twee van zijn zonen, Jan en Jacob, werden raadsheren in de RVV; beiden begonnen ze ook in Gentse dienst (2491); Jacob Hueribloc, geboren in 1463;- zijn moeder zou volgens de kwartierstaat de naam Mannens hebben gedragen, zijn grootmoeder van vaderszijde heette Beys en zijn grootmoeder van moederzijde De Ketelboetere [verwarring?],; Jacob was eerst advocaat van Gent bij de RVV; een Jan Hueribloc was op dat moment secretaris van de keure en toen deze deken van de kleine neringen werd, volgde Jacob hem op in deze functie; ze werden uiteindelijk allebei raadsheer (6566) [het blijft toch onduidelijk of zij wel allebei zijn zonen waren]

Statuut

  • geboren als Gents poorter (2491)

Netwerken

  • hij behoorde tot het lid van de kleine neringen te Gent (2491)
  • na zijn strijd met Daneel Sersanders om het dekenschap van de kleine neringen, werd hij bij het losbreken van de Gentse opstand in 1450 en nog eens eind 1451 verbannen uit Gent, en werden zijn goederen verbeurd verklaard (2491); hij kreeg boetes opgelegd wegens kleine en grotere passieve corruptie, zo had hij bijvoorbeeld een zilveren kroes van 36 schilden van de vrouwe van Massemen gekregen "om hare zaken te voorderne" (7455)
  • hij zou ook Joris de Bul als herenkiezer hebben omgekocht om het Gentse ontvangersambt te mogen bekleden (7455)

Overlijden

Gestorven op 13/3/1477: samen met o.m. Pieter Boudins onthoofd voor het Gravensteen op last van de opstandige Gentenaars "om zekere brieven van verbande die ghemaect waren zonder 't weten van den prince" (2491) (7455)

Contemporaine vermeldingen

  • Jacob Hueribloc stedekiezer te Gent 1498, 1502, 1506, herenkiezer 1500 (6992)
  • Jan Hueribloc f. Pieter herenkiezer 1486 (6992)
  • Jan Hueribloc, stedekiezer 1438 (6992)
  • Jan Hueribloc, 1ste schepen keure 1498 (6992)
  • Jan Heuribloc "smid", deken van de neringen 1496, 1497 (6992)
  • Philips Hueribloc, 4de keure 1502, herenkiezer 1504 (6992)
  • Pieter Hueribloc, deken van de neringen 1435, 1436, 1444, 1455, 1468, 1469, 1ste keure 1466, 1ste keure 1470 (6992) [Hueribloc tout court bij Schoups; waarom ze deze onderscheidt van verdere naamgenoten is onduidelijk]
  • Pieter Hueribloc "smid" [-1 bij Schoups] 10de gedele 1387, 7de keure 1397, 12de keure 1400, 9de keure 1403, 12de gedele 1393, 10de gedele 1395, deken van de neringen 1397, 1419, 1421, stedekiezer 1399, 1ste gedele 1410 (6992)
  • Pieter Hueribloc [-2], 10de keure 1432 (6992)

Carrière

Hij begon zijn loopbaan als stadsklerk van Gent en was zes maal stedekiezer in periode 1437-1465 (2491) Eerste schepen van de keure 1447, 1455, 1458, 1461, 1466, 1470; overdeken van de neringen 1443, 1456-1458, 1464-1466, 1468-1470, stedekiezer 1437, 1442, 1444, 1446, 1460, 1463 (4318) [versie Hancké] (6992) [Pieter Hueribloc [-3] bij Schoups; de identificatie en het uit elkaar halen van de verschillende naamgenoten is niet altijd even duidelijk] Deken van de visverkopers 1454-1455 (4366) Afgevaardigde van Gent op de Staten Generaal van 1464 te Brugge (3826)

Hoofdcarrière

Raadsheer-commissaris in de RVV, v6/1471 (2491), ook vermeld in de rekening van ontvanger van exploten (3666) Gewoon raadsheer in de RVV, eerste vermelding in rekening vanaf Kerst 1474 [maar rekeningen 1470-74 niet bewaard], in 1475 357 dagen aanwezig: 26/12/1474-25/9/1475, 30/9-1/10, 6/10-26/12/1475 (1873) Hij was aanwezig op de zittingen, eerste vermelding op 6/9/1474, laatste op 25/2/1477 (2491)

Bezit

Leenbezit: * in 1473 hield hij een achterleen in Rode van de heerlijkheid Schelderode, van het Leenhof van Aalst, bestaande uit 2 oude bunders grond, ter waarde van 14 lb 8 s per jaar (7247) * Pieter Hueribloc f. Pieter hield in 1473 een achterleen van 6 bunder te Lovendegem van de heerlijkheid Ter Straten gehouden van de Oudburg van Gent, met een jaaropbrengst van 43 lb par (7341)

Leenbezit verwanten

  • Jan Hueribloc: leenbezit gehouden van de Oudburg van Gent v1473 (7341)

Huizenbezit: * een huis op de Gentse Vismarkt [huidige Groentenmarkt], dat in 1451-1452 door Gent werd geconfisqueerd en vervolgens werd verhuurd aan "eenen man van Brugghe omme spel te houdene van dien" (4366) * hij kocht in 1471 een huis op de Muide in Gent (5848)

Rentenbezit: * hij bezat een erfrente van 2 lb gr per jaar op het Gentse domein v1475 (420)

Krediet: * in 1475 werd hem 80 lb van 40 gr terugbetaald, die hij had geleend aan de hertog voor de betaling van grenstroepen tegen de koning van Frankrijk (982)

Andere: * in 1451-1452 confisqueerde de stad Gent zijn inboedel ter waarde van 7 lb 16 s gr (4336)

Cultureel

Begraafplaats: * hij is begraven in de Gentse 's Heilig Kerstkerk [=?]; het betreft weliswaar de Pieter Hueribloc die stierf in 1438 op Sint-Baafsavond [31/9], naast hem zijn echtgenote Maria Mannens, gestorven op 10 spelmaand 1428 (3369) [waarschijnlijk gaat het hier dus om zijn vader]

Referenties

  • (420) Archives Départementales du Nord (Lille), Série B (Chambre des Comptes): 4166, 71v
  • (982) Archives Départementales du Nord (Lille), Série B (Chambre des Comptes): 2104, 59r
  • (1873) Archives Départementales du Nord (Lille), Série B (Chambre des Comptes): 4166, 47v
  • (2491) SIMONS (J.-L.),De functionarissen bij de Raad van Vlaanderen (1467-1476). Een onderzoek naar de sociale invloeden bij de samenstelling van de Raad, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, Gent, 1992: , 76-79
  • (2492) BOONE (M.), Geld en macht: de Gentse stadsfinanciën en de Bourgondische staatsvorming, 1384-1453 (VMGOG, 15), Gent, 1990:
  • (3369) Graf- en gedenkschriften, 90
  • (3370) HAUTCOEUR (E. ) (ed.), Cartulaire de l'Eglise Collégiale de Saint-Pierre de Lille, Rijsel, 2 dln., 1894: , 1081
  • (3666) Algemeen Rijksarchief Brussel, fonds Rekenkamers: 21841
  • (3826) CUVELIER (J.), DHONDT (J.) & DOEHAERD (R.), Actes des Etats Généraux des anciens Pays-Bas, 2 dln., Brussel, 1978 (KCG): , 59, 73
  • (4318) HANCKE (K.), Conflict en confiscatie. Een bijdrage tot de kennis van de sociale structuren te Gent op het einde van de XVe eeuw, onuitgegeven licentiaatsverhandeling RUG, Gent, 1995, bijlagen: , 98-99
  • (4366) FRIS (V.) (ed.), Bewijsstukken betreffende den opstand van Gent tegen Philips den Goede 1451-1454, in: BMGOG, 5, 1914, pp. 1-123 (in overdruk): , 22, 25, 80, 119
  • (4378) FRIS (V.) (ed.), Oorkonden betreffende den opstand van Gent, in: HMGOG, 4, 1901-1902, pp. 55-146: , 93
  • (5848) Rijksarchief Gent: , Fonds St.-Veerle, oorkonde 27/8/1471
  • (6113) Archives Départementales du Nord (Rijsel): , 16G1334
  • (6115) Archives Départementales du Nord (Rijsel): , 16G654
  • (6566) Van Peteghem (P.P.J.L.), De Raad van Vlaanderen en Staatsvorming onder Karel V (1515-1555). Een publiekrechterlijk onderzoek naar centralisatiestreven in de XVII Provinciën, Nijmegen, 1990: , 338-341
  • (6992) Electronische databank van SCHOUPS (I.) met de Gentse magistraatslijsten voor de Bourgondische periode:
  • (7247) Algemeen Rijksarchief Brussel, fonds Rekenkamers: 1068, 10r
  • (7341) Algemeen Rijksarchief Brussel, fonds Rekenkamers: 1090, 13v, 141v, 265r
  • (7445) FRIS (V.) (ed.), Dagboek van Gent van 1447 tot 1470 met een vervolg van 1477 tot 1515, 2 dln., Gent, 1901-1904: , passim